Genetica en de variabele respons op clopidogrel
Clopidogrel is een medicijn dat regelmatig wordt gegeven aan mensen met hart- en vaatproblemen. Het helpt bloedstolsels voorkomen door het 'kleverige' effect van de bloedcellen, ook wel bloedplaatjes genoemd, te verminderen. Het kan dus helpen het risico op hartaanvallen en beroertes te verkleinen, wat heel belangrijk is voor mensen met bepaalde hartproblemen, zoals angina pectoris, of mensen die recent een hartaanval of beroerte hebben gehad.
Hoewel clopidogrel levensreddend kan zijn, werkt het niet bij iedereen op dezelfde manier. Dit komt omdat dit medicijn in ons lichaam moet worden veranderd in een actieve vorm om te kunnen werken, en dit proces wordt sterk beïnvloed door onze genen. Bepaalde genen, vooral een gen genaamd CYP2C19, hebben grote invloed op hoe clopidogrel in ons lichaam wordt omgezet en hoe goed het werkt. Sommige mensen hebben genetische verschillen waardoor clopidogrel minder goed wordt omgezet, wat betekent dat het medicijn minder goed zijn werk kan doen.
“Twee tot drie procent van de blanke bevolking en tien tot elf procent van de Aziatische bevolking mist dit enzym, waardoor clopidogrel minder effectief is”
Hier komt de farmacogenetische test van PanGenix in beeld. Met deze test kunnen dokters en apothekers de genetische verschillen van een patiënt opsporen die invloed kunnen hebben op hoe clopidogrel werkt. Deze informatie kan dan worden gebruikt om samen met de dokter te beslissen of het misschien beter is om een ander medicijn te gebruiken.